Steeds meer musea lijken niet meer op musea, maar op een intelectuele variant van kermisatracties. Meer en meer moeten de solopresentaties aan ogenschijnlijk een aantal voorwaarden voldoen, de kunstenaar moet gerepresenteerd worden door een van de vijf grote galeries en het werk moet een grote alomvattende indrukwekkende selfiemogelijkheid zijn. Zelfs als het dan gaat om een oude klassieker als Rembrandt wordt het helemaal gehyped. Op zich is dat allemaal helemaal geen probleem. De vraag is alleen waarvoor heb je dan nog die collectie?!
Dat het Bonnefantenmuseum een ‘collectieopstelling’ doet klinkt niet echt heel spannend. Toch, wie daar bedacht heeft om een Robert Ryman in een lege zaal te hangen en in de zaal ernaast een even zo goed witte Franz West weet mij dan toch enorm te verrassen. En dan een fantastische installatie van Knoebel. Of Han van Wetering die als kunstenaar zijn eigen werk mag combineren met werk uit de collectie. Of die werken van Rene Daniels waarvan enkele me totaal onbekend voorkomen.
Dat zouden meer musea moeten doen, laten zien wat er nu eigenlijk in die collecties zit behalve de usual suspects.

Imi Knoebel – Eigentum Himmelreich – Installatie, 1983

Imi Knoebel – Eigentum Himmelreich – Installatie, 1983 (detail)

Imi Knoebel – Eigentum Himmelreich – Installatie, 1983

Imi Knoebel – Eigentum Himmelreich – Installatie, 1983

Imi Knoebel – Eigentum Himmelreich – Installatie, 1983

Han van Wetering – Alleh-Luja – Brons (cire-perdu) beschilderd

Han van Watering – Mon(t) Blanc – Keramiek

Han van Wetering – ?

Ine Schroder – ?

Jean-Pierre Zoetbrood – (?)

Robert Ryman – Journal – Acrylverf op kunststof en stalen steunen, 1988

Robert Ryman – Journal – Acrylverf op kunststof en stalen steunen, 1988

Robert Ryman – Journal – Acrylverf op kunststof en stalen steunen, 1988 (detail)

Franz West – Panta Rhei – Metaal, papier, lakwerk en hout, 1996

Marijke Stultiens – Applicatiedoek met portretten van kunstenaarsechtparen – Textiel, 1958

Peter Buggenhout – The Blind Leading the Blind #66 – Diverse materialen, 2014

Peter Buggenhout – The Blind Leading the Blind #66 – Diverse materialen, 2014 (detail)

Peter Buggenhout – The Blind Leading the Blind #48_2 – Diverse materialen, 2011-2014

Peter Buggenhout – The Blind Leading the Blind #48_2 – Diverse materialen, 2011-2014

Peter Buggenhout – The Blind Leading the Blind #48_2 – Diverse materialen, 2011-2014 (detail)

Fons Haagmans – Les Petites Miseres d’Un Demi-fou – Lithografie op papier, 1996

Laura Lima – Lola – Schilderlijst en kledingstof, 2014

Grayson Perry – Walthamstow Tapestry – Geweven wol, acryl, katoen, trevira cs en polyster, oplage 11 van 12, 2009

Grayson Perry – Walthamstow Tapestry – Geweven wol, acryl, katoen, trevira cs en polyster, oplage 11 van 12, 2009 (detail)

Grayson Perry – Walthamstow Tapestry – Geweven wol, acryl, katoen, trevira cs en polyster, oplage 11 van 12, 2009 (detail)

Marijn van Kreij – Untitled (Black square, late 1920’s) – Acrylverf op papier, 2011

Mary Heilmann – Positive – Negative – Olieverf op doek, 2011

Joelle Tuerlinckx – Tissu copie Kasteel Wijlre, Hedge House – Papier, verf, hout en plexiglas, 2003-2005

Robert Mangold – Ring Image (B) (Variation) – Acrylverf en zwart potlood op canvas, 2008

Robert Mangold – Ring Image (B) (Variation) – Acrylverf en zwart potlood op canvas, 2008 (detail)

Rene Daniels – Zonder Titel – Olieverf op doek, 1979

Rene Daniels – Het Romeins Wastafeltje – Olieverf op doek, 1983

Stansfield/Hooykaas – See through lines – Zwart-wit video, geluid, zwart-wit transparante foto’s en nylondraad, 1978

Grayson Perry – A Map of Days – Oplage 4 van 6, 2012-2013
De collectie is nog tot en met 20 september te zien.
Gerelateerd
Wat een verzameling nietszeggends op een rij.
@Hans, zou je me kunnen zeggen wat je precies nietszeggend vind? Of bedoel je dat je alles nietszeggend vind (wat op zich even verwonderlijk is gezien de breedte van de selectie hedendaags werk).
Ben het met je eens Niek. De kunst mondialiseert en we kijken met zijn allen naar een -relatief kleine- groep kunstenaars die internationale faam genieten. Met als gevolg dat musea block-buster exposities organiseren waar je over de hoofden kunt lopen. De eigen collecties en regionale musea zijn de verliezers. Kijk naar het Stedelijk, (Block buster) Matisse trekt volle zalen, maar in de zalen met de eigen collectie van het museum is het een oase van rust… (wat eigenlijk wel prettig is 🙂 ).
Moeten musea in die wedloop meegaan? Nee, vind ik, onze musea hebben veel prachtige kunst die in depots staat te verpieteren en zelden of nooit een museumzaal ziet. Musea moeten een lans breken voor de eigen collecties. Concurreren in de mondialisering is uiteindelijk een doodlopende weg.
@Paultvoors,
Bij het Stedelijk ben ik nog niet geweest maar zit wel in de planning. Blockbusters zijn op zich niet erg, en in het geval van Matisse vanuit de collectie ontstaan.
Maar ik ben het wel met je eens dat de wedloop van actualiteit en internationaliteit redelijk betrekkelijk zijn (zoals ook bleek uit aangehaalde onderzoek). Het zou goed zijn als musea hun eigen beleid en collectie als startpunt zouden hergebruiken en zo ieder tot hun eigen noodzaak komen. Dat hoeft niet per se in de vorm van collectiepresentaties. Zo had Bonnefanten eerder Bernaut Smilde als gastcurator en kunstenaar waar zijn werk gecombineerd werd met werken uit de collectie. Leek me een goede 1+1=3
Het Rijksmuseum (over block busters gesproken) gaat spannende uitwisselingen organiseren met 3 regionale musea. Wim Pijbes voelt een verantwoordelijkheid naar alle NL musea, stond in Trouw.