Schrijver; Niek Hendrix – Who Wore It Better? – Een tussenanalyse

Who Wore It Better? – Een tussenanalyse Een visie over kunst ontwikkelen, of in elk geval, een visie krijgen op wat goede kunst is. Dat was de insteek van wat […]

Who Wore It Better? – Een tussenanalyse

Een visie over kunst ontwikkelen, of in elk geval, een visie krijgen op wat goede kunst is. Dat was de insteek van wat nu Lost Painters is. Die zoektocht naar een visie is nu nog altijd gaande. Met iedere tentoonstelling, ieder kunstwerk wat ik zie veranderd en verfijnd die visie.

Over goede en slechte kunst

De afgelopen 3 jaar heb ik nogal wat kunst voorbij zien komen. Het is niet zoals Hans den Hartog Jager stelt in zijn artikel dat ik alles goed vind, ik heb heel veel slechte kunst gezien. Slechte kunst is voor mij kunst die ik niet de moeite vind om te laten zien hier. Slechte kunst is kunst die niet interessant is. Sommige dingen zijn spuuglelijk of heel vreemd, maar maken het wel interessant. Ze weken nieuwsgierigheid om verder over na te denken. Dat zijn die dingen waar ik hier wel over schrijf. Dan heb je natuurlijk de dingen die ik goed vind, daar kijk ik ook graag langer en bedachtzamer naar.

Afhankelijk van de context en de voorkennis vind ik iets goed of slecht. In het goede geval kijk ik langer, in het slechte geval kijk ik toch vaak snel verder naar iets anders. Dat is niet eerlijk, maar als kijker maak je keuzes. Was ik bij een tentoonstelling en heb ik werk niet gepubliceerd. Dan kan dat te maken hebben met praktische dingen, maar meestal vond ik het blijkbaar op dat moment niet interessant genoeg.

Soms heb ik geluk, dan stuurt iemand me een mailtje waarom iets wel goed is. Of wat ik er verkeerd aan heb gezien. Dan heb ik het mis gehad en dat gebeurt natuurlijk wel eens. Dat zijn de meest leerzame momenten want dan verschuift er iets in mijn visie op wat goede kunst is. Vooral, waarom iets goed is.

Over kennisproductie

Lost Painters is een onderzoek wat ik ook gebruik om zelf tot beeld te komen in de vorm van schilderijen. Niet alleen in letterlijke beelden maar vooral het denken over het eigen werk verscherpt enorm als je dagelijks schrijft over dat van anderen. Ik kan wel zeggen dat voor mijn eigen werk dit blog van enorme invloed is geweest.

Niek Hendrix

Niek Hendrix

In een kunstwereld waarin kunst zich steeds meer richt op “kunst als kennis productie” (een principe waar ook Jack Segbars naar verwijst in zijn tekst) wordt kennis in de vorm van analyse over kunst ook een werk. Om precies te zijn, mijn werk. Mijn werk wat maandelijks door velen gelezen en gezien wordt. Die kennis is vervolgens deelbaar voor het publiek, jij dus.

Fundamentele inzichten

Het bezoeken en analyseren van al die tentoonstellingen de afgelopen jaren levert natuurlijk naast inzichten per tentoonstelling ook meta-gelaagdheden op over het geheel. Bepaalde tendensen worden zichtbaar, bepaalde mechanieken en natuurlijk ook problemen.

Over problemen kan ik kort zijn, die bestaan er pas als je jezelf slachtoffer maakt van een specifiek probleem. Als iets niet rechtsom kan, moet je het linksom doen. Tegen iets vechten is het bevestigen van het probleem en helpt je dus niet verder.

Een algemene tendens in de hedendaagse kunst is vooral de nihilisering van zichzelf en anderzijds het conservatisme wat de kop op steekt. Het is een mes wat snijdt aan twee zijdes en behoeft dan ook wat extra uitleg.

Nihilisme

De hedendaagse kunst houdt zich nog altijd vast aan een eeuw oude opvattingen als het om kunst gaat. Want vernieuwing en originaliteit zijn de belangrijkste parameters op welke we kunst beoordelen. Vanaf de opkomst van de avant garde moest kunst anders zijn dan hetgeen er voor was geweest. Lange tijd heeft dat prima gefunctioneerd in de kunst. Tot de jaren ’90 kun je zeggen dat er een continue vernieuwing en verruiming van de mogelijkheden heeft plaatsgevonden. Met het Post-Modernisme als laatste ‘stroming’ waarin duidelijk werd dat eigenlijk alles kan.

Daar komt het nihilisme om de hoek kijken. Als alles kan en niets moet maakt het dus niets uit wat je doet. Waar eerst een vurige betrokkenheid was bij de kunstwerken ontstaat een onverschilligheid. Het werk doet er minder toe, want die zijn al gemaakt door anderen. Het idee en de context komt centraal te staan want die zijn dan ‘nieuw’.

Tegenwoordig lijkt ‘vernieuwing’ het doel te zijn en het middel (het werk zelf) daar aan ondergeschikt. Uit diezelfde lijn is ook kunst als kennisproductie een heel logische stroming, het werk zelf is van ondergeschikt belang geraakt.

Het urinoir van Duchamp is totaal inwisselbaar geworden, alleen de mythes en anekdotes blijven overeind. Maar, natuurlijk willen we dan het ‘echte’ object zien. Dat zelfs in Pompidou het ‘origineel’ een kopie is weet bijna niemand. Een afbeelding volstaat in veel gevallen om een zekere toegang te krijgen tot de ‘vernieuwing’ van een werk. De canon kennen we allemaal, maar bijna nooit omdat we deze zelf gezien en meegemaakt hebben.

In dat gezien en meegemaakt zit een probleem waar hedendaagse kunst op lange termijn een probleem zal ondervinden. Een ‘vernieuwend kunstwerk’ is maar heel even vernieuwend en alleen als het verhaal er omheen krachtig genoeg is, wordt het onthouden. Anders wordt het vergeten en ziet het er over een paar jaar enorm gedateerd uit. De originaliteit is er naar een paar jaar natuurlijk vanaf. Sowieso omdat alles al eens gedaan is, ja ook alles wat er hedendaags uitziet.

Het dogma van de vernieuwing brengt dus een probleem met zich mee. Branding van kunstenaars is niet voor niets een belangrijk aspect geworden, dat is de wijze waarop je mythes kunt maken. Zodat er straks in een museum bij het werk een bordje hangt waarom dat werk ooit eens belangrijk was.

Conservatisme in de kunst

Tegenover die continue vernieuwingsdrang ontstaan in de hedendaagse kunst ook steeds meer gelaagdheden (het spreken van niveau’s of groepen spreekt me niet zo aan) die ergens in de ontwikkeling van de kunst zijn afgehaakt. Denk bijvoorbeeld aan de Realisme beurs. Vernieuwing zul je daar waarschijnlijk niet vinden. Dat is ook niet gek, want figuratieve kunst ziet er ambachtelijk stukken betrouwbaarder uit. Als de mythe er niet is, kan de koper altijd nog zeggen dat het knap gemaakt is.

Veel hedendaagse kunst ziet er esthetisch uit. Ze gebruiken mooie kleuren of mooie vormen. Wederom kan de koper zeggen dat hij het een mooi werk vond, misschien niet vanwege de mythe of dat het knap gemaakt was, dan in elk geval omdat de kleur mooi is. De kunstenaar in kwestie is zich natuurlijk bewust van deze oplossingen. Dat doen ze niet omdat het commercieel interessant is maar simpelweg omdat het een meer conservatieve benadering is van wat kunst moet zijn in hun beleving.

Veel nu avant gardistische kunst is voor veel kunstkopers simpelweg te lastig en te moeilijk te herkennen als kunst. Ik hoor met enige regelmaat dan ook ‘maar is dit wel kunst?’ wat toch een vreemde vraag is in een museum, gallerie of beurs.

Who Wore it Better?

Ik beschouw mijzelf niet als conservatief in mijn kunstopvatting. Mocht je me er op betrappen, laat me dat dan weten. Naar mijn idee is, als alles al gedaan is, kan vernieuwing niet meer het doel zijn en dus kan het werk daar op zichzelf niet meer onderhevig aan zijn. Na het zien van al die tentoonstellingen de afgelopen jaar, blijven vooral de beste werken bij.

De beste werken zijn vaak niet de meest vernieuwende, het zijn de werken die met de meeste precisie en meeste aandacht gemaakt zijn. Veel hedendaagse kunst kun je in een enkele oogopslag begrijpen, en anders helpt een tekst je vaak eenvoudig verder. De echt boeiende kunstwerken zijn niet de anekdotische werken die je snel ‘gezien’ hebt, het zijn juist die werken waar je naar kunt blijven kijken. Niet omdat het mooi is, maar omdat het beeld dat ook daadwerkelijk kan hebben. Het zijn de werken die precies zo zijn zoals ze zouden moeten zijn, in hun conceptuele helderheid maar ook in de beeldende betekenis.

Voor mij kan een kunstenaar niet zeggen dat er iets niet toe doet in het werk, alle details doen er toe. Maak je een schilderij op een goedkoop slecht spieraam dan doet dat er toe. Dat is niet erg, maar als iemand anders hetzelfde werk preciezer maakt op een beter raam betekend dat het werk van de kopieerder waarschijnlijk beter is.

(beelden van WhoWoreItBetter )

Jan Dibbets - Strip in a Meadow & Richard Long - A Line Made by Walking

Jan Dibbets – Strip in a Meadow & Richard Long – A Line Made by Walking

Olafur Eliasson & Ma Yansong - Feelings are Facts  &  Ann Veronica Janssens - Mist room

Olafur Eliasson & Ma Yansong – Feelings are Facts & Ann Veronica Janssens – Mist room

Conor Backman - Poseidon  &  Matthew Metzger - Edifice

Conor Backman – Poseidon & Matthew Metzger – Edifice

David Liam Archard -  Real Life Things  & Grayson Revoir - Why They Hide Under My Garage

David Liam Archard – Real Life Things & Grayson Revoir – Why They Hide Under My Garage

Daniel Arsham - Pentax K1000 Reformed in Sand  & Magali Reus - Lead

Daniel Arsham – Pentax K1000 Reformed in Sand & Magali Reus – Lead

Waarom hangt de ene Pieta, Madonna, Kruiziging of afname wel in het museum en de andere niet? Echt veel verschillen doen ze niet van elkaar. Wie een dagje Louvre doet zal er al snel achter komen dat het ene werk van die bekende meester toch net iets preciezer is als een wat minder bekende meester. Niet omdat het die ene bekende meester was, maar omdat hij het echt ‘beter’ deed.  Denk ook aan “Bad artists copy, good artists steal” van Picasso. (of nog beter  “It turns out all you gotta do is copy great shit 99 percent then innovate one percent every month and you can beat the crap outta most people. van Dave McClure) De precisie is blijvend, de vernieuwing maar tijdelijk.

Dus, bedenk bij je volgende werk; “is het een goed beeld?” Bedenk niet of het een goed origineel idee was, bedenk of het beeld preciezer kan.