“I give to it, I make some marks, it speaks to me, I speak to it, we have terrible arguments going on all night, weeks and weeks” Aldus Philip Guston (hier) over het maken van zijn schilderijen. Hij zal niet de eerste zijn en ook niet de laatste die met het schilderen hele gesprekken voert tijdens het maakproces. Het schilderij is niet onderdanig iets dat gemaakt wordt, maar geeft weerstand en geeft mee. “[…] this plane starts acquiring a life of its own.”
Het is waar ik aan moet denken bij deze schilderijen van Bernice Nauta (1991). Niet omdat ik denk dat Nauta gesprekken voert met de schilderijen tijdens het maken, maar heel duidelijk laat zien dat de werken op zichzelf een persoonlijkheden zijn. Het staat zelfs expliciet in de titel. Het ene schilderij wil een amazone zijn, een andere Hannah Kozak (een stunt-dubbel), een goede danser of een AI. Ieder werk heeft niet alleen andere kleuren, verfbehandeling of doek-behandeling, maar zelfs iedere vorm is anders. Het werk beweegt, juicht of lijkt zelfs te dansen. De werken van Nauta wijken daarmee zo ver af van het traditionele venster op een andere werkelijkheid, dat ze fysiek onderdeel worden van de werkelijkheid. De formele aspecten worden de representatie. Het is een dansend object, een juichend object etc etc.
De vraag is nu alleen nog om wie het gaat. Zijn het wel de schilderijen die deze ambities hebben tot het zijn van iemand, of is het Nauta zelf die via deze werken haar ambities en dromen projecteert op de objecten?















Deze tentoonstelling is nog tot en met 28 juni te zien bij M.Simons te Amsterdam.
Laat een reactie achter;