H’ART Museum; Van Rembrandt tot Vermeer, meesterwerken van The Leiden Collection

In zijn leven schilderde Rembrandt ongeveer 300 schilderijen. Daarvan bevinden pakweg 40 schilderijen zich in Nederlandse publieke collecties waarvan het Rijksmuseum er met 22 schilderijen de meeste heeft. Op dit […]

In zijn leven schilderde Rembrandt ongeveer 300 schilderijen. Daarvan bevinden pakweg 40 schilderijen zich in Nederlandse publieke collecties waarvan het Rijksmuseum er met 22 schilderijen de meeste heeft. Op dit moment is in het H’ART Museum de Leiden collectie te gast en die namen 17 extra schilderijen mee naar Amsterdam. De vraag is dan direct of dat een aanvulling is tegenover het Rijksmuseum. En dat is, tot op zekere hoogte, niet het geval. Het Rijksmuseum heeft topstukken, denk aan de Nachtwacht, de Staalmeesters en het Joodse Bruidje. De Leiden Collectie heeft vooral vroegere werken. Als onderdeel van het oeuvre van Rembrandt, maar geen dragende hoogtepunten.
De andere meester naar wie de tentoonstelling “van Rembrandt tot Vermeer” naar vernoemd is, wordt in de Leiden Collectie vertegenwoordigd met een enkel schilderij. Een wat onhandig geschilderde dame aan een virginaal. Dat was eerder al te zien bij de recente grote Vermeer-tentoonstelling in het Rijksmuseum (2023). Ook hiervoor geld dat het Rijksmuseum en het Mauritshuis de topstukken hebben, en dat dit maar een vreemde eend in de bijt is. Het wordt hier getoond als de grote apotheose van de tentoonstelling, maar slaagt er niet echt in om die climax te realiseren. Daarvoor is het schilderij niet alleen onvoldoende representatief voor waar we aan denken bij een Vermeer, het is ook ver uit het meest matige werk van Vermeer.
Voor de Rembrandt’s en Vermeer hoef je dus nu niet naar H’ART Museum te gaan. Het is geen aanvulling op het reeds bestaande aanbod in Nederland tenzij voor de echte liefhebber. De thematisch ingedeelde tentoonstelling probeert inzage te geven in de leefwereld van Rembrandt zodra hij vanuit Leiden naar de bruisende stad Amsterdam komt, zoals bijvoorbeeld de mode van die periode . Het lukt redelijk goed om Amsterdam qua sfeer inzichtelijk maar eigenlijk is de catalogus daar veel beter in geslaagd met uitgebreide achtergronden over wat er in de stad op dat moment gaande was. Inhoudelijk blijft de tentoonstelling een beetje eendimensionaal en voor de topstukken van Vermeer en Rembrandt kun je dus beter elders terecht.

Dit klinkt allemaal niet als een aanbeveling voor de tentoonstelling. Dat zou een vergissing zijn. Je gaat niet voor de obligate Rembrandts of Vermeer, je gaat voor de andere meesters die in de Leiden Collection zitten. Denk hierbij aan Dou, de Van Mieris-dynastie, Metsu, van Musscher, Lastman en Schalcken. Schilders die doorgaans overschaduwt worden door topstukken van Rembrandt en Vermeer, komen hier goed uit de verf. Ook hiervan is het overgrote deel handzame formaten op paneel, maar dat was in tegenstelling tot Rembrandt juist precies waar deze schilders in uitblinken. Die werken krijgen hier allemaal de ruimte. Denk bijvoorbeeld aan het opmerkelijk hedendaags lijkende zelfportret van Jan Lievens. Of de prachtige kledij op de werken van Aert de Gelder, met een paar penseelstreken direct overtuigend. Deze werken komen nu volledig tot hun recht. Het zijn misschien niet de namen die hordes toeristen trekken, maar wel de werken die deze tentoonstelling de moeite waard maken.

Deze tentoonstelling is nog tot en met 24 augustus te zien bij H’ART Museum te Amsterdam.